Staartstuk lijkt op rosbief, maar vind ik een diepere smaak hebben. Het is zeker een dinerwaardig stuk vlees - in mijn geval lustrumwaardig voor het 10e kerstdiner met de eetclub.
Ik heb dit recept gebaseerd op een filmpje van Janneke Vreugdenhil (
link) en mocht je het overwegen om te maken, is het zeker zinvol om dat eens te bekijken.
Ik heb wel enkele aanpassingen, omdat bij mij in de keuken dingen toch altijd anders (en dan vooral ook knulliger) lopen dan in het filmpje, langer duren en naar mijn mening ook al eerder klaar gemaakt kunnen worden.
Wat is belangrijk bij zo'n mooi stuk vlees? Laat het tijdig op kamertemperatuur komen, laat het na aanbraden lang genoeg rusten, mooi dun snijden en loodrecht op de naad met een scherp mes en voor de gasten aan tafel ook scherpe messen.
Een braadthermometer is niet noodzakelijk, maar omdat elk stuk vlees toch weer anders is, geeft het mij bij zo'n groot stuk altijd wel een veilig gevoel: als hij op de goede plek zit, ongeveer middenin, dan kan er weinig mis gaan.
Zorg daarnaast dat je je handen vrij hebt: dus maak bijgerechten van tevoren klaar of delegeer die. De saus kan wel tijdens het rusten afgemaakt worden.
Ingrediënten saus
- 100g roomboter
- 5 sjalotten, grof gesnipperd
- 500g kastanjechampignons in stukken
- 500g shiitake (of kastanjechampignons) in stukken
- 250g kastanjechampignons in plakjes
- 750ml rode port
- 3 potten runderfond
- Dijonmosterd
- 100g koude roomboter, in blokken
Dag vooraf
In meerdere porties: Bak de sjalotten op laag vuur glazig in de roomboter. Bak hierin de 500g champignons en shii takes bruin met snuf zout. Verwijder uit de pan.
Schenk hierna 700ml port in een pan met een liefst zo groot mogelijk oppervlak - dan gaat het inkoken het snelst. Laat op hoog vuur inkoken tot hij stroperig is - de port blijft dan een beetje aan de lepel kleven.
Voeg hierna de paddenstoelen en fond toe. Laat op zacht vuur inkoken tot de helft. Wellicht overbodige opmerking, maar de deksel zet je uiteraard niet op de pan!
Zeef hierna de saus waarbij de paddenstoelen zoveel mogelijk worden uitgedrukt. Laat afkoelen. Bewaar de saus in de koelkast tot gebruik. De overgebleven paddenstoelen kunnen eventueel nog bewaard worden voor een
ragout, gooi het anders weg.
Bak de overgebleven plakken kastanjechampignons op hoog vuur met een snuf zout en peper bruin. Laat uitlekken op keukenpapier en bewaar in de koelkast.
Kort vooraf (Kan voor het aanbraden van het vlees)
Breng de saus aan de kook. Voeg 2 of 3 el dijonmosterd en een scheutje port toe. Voeg hierna de paddenstoelen toe en wat allesbinder totdat er een dikke jus ontstaat. Monteer met blokken 100g koude boter. Breng op smaak met zout en peper.
Staartstuk
- Staartstuk van 1200-1400g
- kerntemperatuurthermometer
Haal het vlees 2 uur van tevoren uit de koelkast. Dit is
belangrijk - dus zet een herinnering in je telefoon.
Verwarm de oven op 150 graden. (Bij een groot stuk, zoals in
het filmpje, kun je hoger: 175 graden)
Dep het vlees goed droog met keukenpapier. Bestrooi met zout en peper. Laat een koekenpan goed heet worden en verhit 2 eetlepels olie, leg het vlees op de vetkant in de pan. Bak gedurende 2-3 minuten aan op de vetkant en schroei hierna rondom dicht. Zet eventueel een kookwekker op 5 minuten tijdens het braden.
Leg het vlees in de braadslede. Steek een kerntemperatuurthermometer in een dik gedeelte van het vlees en zet in de oven.
Als de temperatuur in de oven snel oploopt, haal het vlees dan bij 39 graden uit de oven en laat in aluminiumfolie 10-15 minuten rusten tot 43-44 graden. Als de temperatuur langzaam is opgelopen tot 39 graden, kan je ook overwegen de temperatuur terug te draaien naar 80 graden en het vlees in de oven te laten rusten tot de kernthermometer 43-44 graden aangeeft.
Snijd het vet en de harde stukken van het staartstuk af (in de punt). Snijd hierna dwars op de draad in dunne plakken.
Optioneel: knolselderijpuree
- 1kg aardappelen, geschild en gesneden
- 1kg knolselderij, in blokjes
- Laurierblad
- 2 kruidnagels
- 1-2 tl (Dijon)mosterd
- Paneermeel
- Boter
Dag van tevoren
Kook de knolselderij en de aardappelen apart totdat ze zacht zijn. Voeg bij de aardappelen tijdens het koken een bouillonblokje, laurierblad en 2 kruidnagels. De knolselderij heeft bijna de dubbele kooktijd van de aardappelen! (circa 40 min versus 20 minuten) Giet de aardappelen af, maar bewaar wat vocht, ongeveer een halve liter.
Stamp de aardappelen eerst fijn met een blok boter (50g), theelepel mosterd, zout en peper. Laat de knolselderij goed uitlekken en voeg hierna toe. Stamp tot het allemaal goed gepureerd is en breng daarna eventueel nog op smaak. Als het te droog is, kun je wat vocht van de aardappelen toevoegen. Doe over in een ovenschaal, bestrooi met paneermeel en zet afgedekt in de koelkast tot serveren.
1 uur van tevoren
Zet ongeveer 30-60 minuten voor serveren in een oven van ongeveer 150 graden met een paar blokken boter erop.
Serveer met salade