Waarschijnlijk was het hip en toen weer uit, waarna ik me ervan gewaar werd.
Maar die hipheid, actueel of niet, heeft wel een geweldig gevolg: er is nu cider van goede kwaliteit te koop. Het mag van mij Franse cider uit Bretagne of Normandië zijn, maar Welshe cider kan mij mogelijk nog meer bekoren. Lekker stevig en kruidig, vol smaak maar ook fris.
Kies voor dit gerecht een lekker stevige uit. Je hebt voor deze mosselen namelijk maar zo weinig nodig, dat je de rest er dan bij op kan drinken.
Ingrediënten 1 pan: 2-3 personen
- 2kg mosselen
- 100ml cider
- 2 el crème d'isigny
- 32 blaadjes salie, grof gesneden
- 2 sjalotten, fijngesnipperd
- 2 knoflooktenen, gekneusd
- 80g boter
- halve citroen
- eventueel bos lente-uitjes fijngesneden
- Mosselpan of grote pan met goed sluitende deksel
Kijk de mosselen na: doe in gootsteen met koud water. Hussel voorzichtig door elkaar. Alle gesloten mosselen mogen meteen in een vergiet. Staan ze nog een beetje open, dan moeten ze na een tikje op de rand van de gootsteen op zijn minst een sluitende beweging maken. Verwijder eventuele baarden en loszittende aanslag, maar dat is meestal niet nodig. Laat uitlekken in het vergiet - ze gaan eenmaal met rust gelaten meestal weer een beetje open.
Smelt de helft van de boter in een grote (mossel)pan en fruit op zacht vuur de fijngesneden sjalot en het teentje knoflook. Voeg hierbij de helft van de salie en bak even mee.
Doe de rest van de boter in een (kleine) koekenpan totdat de boter mooi bruin kleur. Doe hierin de resterende salie en gesneden lente-uitjes.
Doe in de grote pan de mosselen en cider en draai het vuur hoog. Voeg na een paar minuten de crème d'isigny toe en schud de mosselen om.
Knijp de halve citroen uit over de salie en uitjes in het koekenpannetje, dit kan een beetje gaan spatten. Check of de mosselen vrijwel allemaal open staan. Schenk dit over de mosselen en hussel nog een paar keer rustig om tot alle mosselen bedekt zijn.
Serveer met brood en eventueel een groene salade met dungesneden venkel en ander lekkers.
Recept is van Onno Kleyn: Klik
Geen opmerkingen:
Een reactie posten