Zelf geef ik de voorkeur aan 'de smaakvolle en smeuïge bal', die na het aanbraden in de jus wordt gegaard en waarna voldoende jus overblijft om serieus aan de prak te gaan.
Dit in tegenstelling tot mensen die van 'de zeer krokante bal' houden, waarbij de bal wordt aangebraden tot hij gaar is en de jus achterwege wordt gelaten of achteraf wordt gemaakt.
Zij kunnen voor een kleine hoeveelheid jus wat ketjap/scheutje water door het braadvocht roeren óf de tijdens het maken van de jus de ballen in een oven warm te houden. Aluminiumfolie kan ook, maar dat tast de krokante bite in mijn ervaring ook aan.

- 500g half-om-half gehakt
- 2 sjalotjes, fijngesnipperd
- 3 ruime el paneermeel
- 1 ei
- 1 tl mosterd
- Optioneel: 1/2 tl worcestersaus
- Optioneel: 1 tl ketjap
- Optioneel: 1 el verse tijm, grof gehakt
- Olie + boter
- 250 ml runderbouillon + ketjap
- 1 tl allesbinder

Draai hierna 4 of 6 ronde ballen - draai hierbij goed door totdat de bal mooi afgerond is en er geen 'cracks' meer inzitten. Laat de ballen even rusten (schil bijvoorbeeld aardappels)

Haal de gehaktballen uit de jus en bewaar eventueel in aluminiumfolie. Zet het vuur hoog tot de jus kookt en roer de baksels met de houten spatel los. Voeg 1 tl allesbinder toe om de jus wat te binden.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten